ons kantoor is gesloten van 28 juli tot 21 augustus vanwege vakantie

Wetsvoorstel gezamenlijk gezag bij erkenning

Het wetsvoorstel dat regelt dat ook ongehuwde partners bij erkenning van een kind van rechtswege het gezamenlijk gezag krijgen is door de tweede kamer aangenomen!

Erkenning en gezamenlijk gezag

Veel ouders zijn in de wolken op het moment dat ze horen dat ze een kindje verwachten. En dat is begrijpelijk ook! maar wat ze vaak niet weten is dat er nog het een en ander officieel geregeld moet worden als de ouders niet getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan. Zijn de ouders getrouwd dan wordt de echtgenoot van de vrouw automatisch de juridisch vader van het kind en wordt hij ook belast met het gezamenlijk gezag. Niet getrouwde stellen moeten daar actief achteraan. De partner van de ongehuwde moeder, kan het (nog ongeboren) kind – met toestemming van de moeder – erkennen bij de gemeente. Hierdoor wordt hij de juridisch vader maar wordt niet belast met het gezamenlijk gezag. Veel ouders zijn zich hiervan op het moment van erkenning niet bewust en na de geboorte zijn zitten ze op hun roze wolk en wordt er niet meer aan het gezag gedacht zodat het gezamenlijk gezag vaak ongeregeld blijft. Bij een scheiding of overlijden van de moeder kan dit nare gevolgen hebben voor de vader. Die moet dan naar de rechtbank, om alsnog belast te kunnen worden met het (gezamenlijk) gezag.

Wetsvoorstel

De tweede kamer heeft op 24 november 2020 ingestemd met een wetsvoorstel om het gezamenlijk gezag te koppelen aan de erkenning. De initiatiefnemers van dit voorstel vinden dat het onderscheid tussen gehuwde en ongehuwde ouders ten aanzien van het verkrijgen van gezamenlijk gezag niet past in de veranderde maatschappij waarin steeds meer mensen (bewust) kinderen krijgen zonder gehuwd te zijn.

In het wetsvoorstel is geregeld dat gezamenlijk gezag voor ongehuwde partners van rechtswege ontstaat bij de erkenning van een kind. De erkenning zal nog steeds op dezelfde wijze plaatsvinden, namelijk bij een akte van erkenning, opgemaakt door een ambtenaar van de burgerlijke stand of bij notariële akte. Toestemming van de moeder van het kind is voor erkenning vereist totdat het kind de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt. Vanaf de leeftijd van 12 jaar dient het kind zelf ook toestemming te geven voor de erkenning.

Uitzonderingen

Er zijn enkele uitzonderingen opgenomen in het wetsvoorstel. Er ontstaat bijvoorbeeld geen gezamenlijk gezag als een van de ouders onbevoegd is om het gezag te hebben, of wanneer de ouders gezamenlijk verklaren dat het gezag alleen bij de moeder ligt.

De kans bestaat dat als de moeder niet wil dat de vader belast wordt met het gezamenlijk gezag, zij dus ook geen toestemming meer zal geven voor de erkenning. De vader kan in dat geval de rechter vervangende toestemming vragen om het kind te mogen erkennen én belast te worden met het gezamenlijk gezag.  Als de rechtbank vervangende toestemming voor de erkenning heeft verleend, wordt de vader ook niet van rechtswege belast met het gezamenlijk gezag. De vader dient hiervoor dan ook een apart verzoek in te dienen (dit kan tegelijk met het verzoek om vervangende toestemming voor de erkenning)